Sinds enige tijd ben ik naast mijn praktijk ook als gedragswetenschapper in de jeugdzorg aktief. Met een fantastisch team begeleiden we ouders en hun kind(eren) bij de opvoeding. Wij noemen het "IGGB", dat staat voor Intensieve Groeps- en GezinsBegeleiding. Intensief omdat ouders en kind(eren) flink aan de bak moeten. Het kind bezoekt de groep na schooltijd en krijgt groeps- en individuele begeleiding en/of trainingen. Ouders krijgen specifieke begeleiding en volgen intensieve cursussen dan wel oudertrainingen. Ouders zijn vaak onbewust onbekwaam in de opvoeding waardoor het gezin in de problemen raakt. Het gezin zakt steeds verder weg en zonder adequate hulp zal het gezin uitéén vallen. Dit kan uiteindelijk leiden tot uithuisplaatsing van de kinderen
Sinds ik een tijdje in deze 'zorg' meeloop, kom ik meer en meer tot de conclusie dat school en jeugdzorg kleine eilandjes zijn. Het bundelen van krachten t.a.v. specifieke begeleiding bij maladaptieve gezinnen (en kinderen) komt nauwelijks voor. Nu kom ik zelf uit het onderwijs, maar had ik van IGGB ook nog nooit gehoord. Het wordt derhalve tijd dat er samengewerkt gaat worden. We kunnen wat dat betreft nog veel van elkaar leren, mits we er natuurlijk voor open staan. Ik pleit hierbij voor een SMART-aanpak die beide gremia zullen binden. Ik zal dit toelichten met enkele voorbeelden. SMART staat voor (zo'n mooie doelen-trend):
S= Specifiek
M= Meetbaar
A= Acceptabel
R= Realistisch
T= Tijdgerelateerd
Specifiek gaat het er uiteindelijk om dat instellingen gecertificeerd willen zijn. In het onderwijs heb ik zo'n traject al eens meegemaakt: een hogeschool met een soort keurmerk. Ik heb tijdens dit proces zelden zo'n chaos meegemaakt!. Helaas gaan zorginstellingen dat nog eens dunnetjes overdoen. Men, lees het management, denkt hiermee de kwaliteit (wat dat dan ook moge zijn) te kunnen waarborgen. Uiteindelijk gaat het alleen om de koperen plaat op de voordeur, anders stopt de geldstroom. Ik wil de onderzoeken graag tegemoet zien die laten zien dat gecertificeerde kwaliteit betere kwaliteit is. Als die vernieuwingsprocessen zo budget neutraal mogelijk doorgaan, gaan we binnenkort samen eens lekker actief de koperen plaat poetsen! Joepie.
Zie hier het samenwerkingspunt: iso-keurmerk 6452874.
Meetbaar is het aantal computers en netwerken die worden ingezet t.g.v. de intensieve zorg en begeleiding van gezinnen en kinderen. Alles moet digitaal. In het onderwijs ontstaan netwerken, LVS-systemen en educatieve software programma's. Intussen is al gebleken dat sommige computerprogrammatuur eerder de ontwikkeling van kinderen remmen dan bevorderen. Vervolgens stapt men in de jeugdzorg bij de implementatie van de digitalesnelweg in alle (val)kuilen die het onderwijs reeds had dichtgegooid. Meetbaar is het aantal uren dat je 'niets' kunt doen omdat de computer het niet doet en de ict-diensten een eigen leven gaan leiden. Zie hier de overeenkomst voor een bitserige samenwerking. Onderwijs en jeugdzorg zitten in hetzelfde schuitje op de digitale weg. Mijn motto is: joepie, weer een vastloper, iemand nog koffie?
Zo werken we aan de digitale en sociale samenwerking.
Aanwijsbaar zijn de gezinnen die in de problemen zitten, maar die het zelf vaak nog niet willen accepteren dat er problemen zijn. Wat dat betreft zouden de maatregelen die staatssecretaris Ross bepleit zich niet moeten beperken tot verstandelijk gehandicapten. Als je als ouders je hond, een Duitse herder, aanstelt om op je kinderen (twee peuters) te passen is er toch echt iets mis. De zorg en het onderwijs kunnen alleen gezamenlijk dergelijk diep gewortelde problematiek aanpakken. Ik zou het wat dat betreft willen toespitsen op het afstemmen van de begeleiding.
Richt één lokaal in als opvoedbureau. Immers veel scholen zijn reeds ook voorschool, en tel uit je winst. Hier volgen de ouders cursussen op de dagen dat hun kinderen de voorschool bezoeken. Die cursussen worden gegeven door medewerkers vanuit de jeugdzorg en zo is wederom een uniek punt voor samenwerking ontstaan, die bovendien de opvoedproblemen zo vroeg mogelijk aanpakt. Doen we direct een testje of de ouders wel geschikt zijn voor een volgend kind. Mijn motto hierbij is: joepie, gezien het probleem, hou het voorlopig bij één!
Hier werken we m.n. aan de taakgerichte samenwerking.
Realistisch dient de indicatiecommissie te zijn in het wegwerken van de wachtlijsten. Zowel in het onderwijs als in de jeugdzorg is er sprake van een vorm van 'slagboomdiagnostiek'. Zo'n commissie ziet alleen een papieren 'gezin' dan wel 'kind'. Een dik, vaak onvolledig dossier passeert de bureaucratische molen voordat er daadwerkelijk (verkeerd) geplaatst wordt. Plaatsing wordt dan vervolgens ook nog eens wat maandjes uitgesteld omdat er wachtlijsten zijn of zoals in het onderwijs het geval is, de school z'n maximum behaald heeft. Voor de basisschool geldt dat in principe alle kinderen met de 'mainstream' meemoeten, terwijl in de jeugdzorg in principe elke instelling iedere zorg moet kunnen bieden. Adaptief en vaaggericht zijn hier broer en zus. Om aan de druk van plaatsing tegemoet te komen, wordt er creatief plaatsingsbeleid gevoerd. ZMLK-scholen worden vergaarbakken en jeugdinstellingen vangen 'iedereen' op. Kortom weer een reden om tot samenwerking tussen beide gremia over te gaan. Mijn motto is: joepie, weer een cliënt erbij!
Hier werken we vooral aan de creatieve samenwerking.
Tot slot dient de samenwerking natuurlijk tijdgebonden te zijn. Ik zou willen voorstellen het eens een jaar samen te proberen. In die tijd kunnen de budgetten op elkaar worden afgestemd. Van de vele extra miljoenen in het onderwijs, zoals recent blijkt, is nauwelijks iets bij de basis terecht gekomen. Ook in de jeugdzorg zijn die geldstromen niet helder. Zowel in het onderwijs als in de jeugdzorg heeft men de mond vol van competenties, behalve als het om de budgetten gaat. Het begeleiden van meer gezinnen en hun kinderen levert vooralsnog niet meer geld op. Kortom wederom een schitterend punt om de samenwerking aan te gaan. Mijn motto is: bezuinigingen zijn niet meer nodig, want het geld komt toch niet waar het wezen moet. Joepie! Hier werken we vooral aan de financiële en competentionele samenwerking.
Door deze unieke samenwerkingsvormen wordt het het maladaptieve gezin bij de wortels aangepakt. De problemen worden vanuit nog meer perspectieven in kaart gebracht. De smartieve begeleiding zal uitmonden in een fantastisch meetbaar resultaat met als doel gezinnen weer op de rails te zetten met niet meer dan 5 gesprekken en 2% verwijzingen. Moet kunnen!!.
Om beide gremia collegiaal inhoudelijk net nog iets meer van elkaar te laten profiteren stel ik voor dat leraren en begeleiders in de jeugdzorg aan een uitwisselprogramma gaan deelnemen. Op die manier ontstaat een brede oriënteringsbasis met ideële uitgangspunten in de aanpak van het maladaptieve gezin.
Leraren en begeleiders wisselen van baan, lopen stage bij elkaar en nemen zitting in het multidisciplinaire overleg over het maladaptieve gezin. Bij het opstellen van de agenda bekijken we eerst of al onze doelen wel SMART-geformuleerd zijn: de basis van onze samenwerking. In een grafiek noteren we onze resultaten d.m.v. van het digitale cliënt-feedback-systeem. Zo houden we nauwgezet onze resultaten bij. En tot slot evalueren we jaarlijks onze samenwerking met een fietstocht tussen beide instellingen om bij elkaar de koperen plaat te poetsen.
Was het maar zover....