Ik heb niet echt veel studie gedaan naar de beste manieren om hiermee om te gaan, maar ik kan je wel vanuit een andere invalshoek wat meegeven over speciale kinderen. Ik ga elk jaar als vrijwilliger mee op een zomerkamp voor kinderen uit het speciaal onderwijs, waarbij ik een week lang de verantwoordelijkheid heb over een groepje kinderen die ook ADHD, PDD-NOS, autisme of andere 'labels' hebben. Vaak krijg ik dan van tevoren per kind een hele waslijst met aandachtspunten waar ik dan rekening mee dien te houden, maar zodra die kids aankomen ben ik 90% daarvan meestal alweer vergeten. Want als je eenmaal bezig bent met dit soort kinderen, zul je ook iets anders merken. Zeker, ze hebben wat extra bagage en hebben wat meer aandacht nodig, maar mijn ervaring is dat ze ook écht kunnen genieten van de leuke dingen. En ze kunnen het ook écht zichtbaar naar hun zin hebben bij een leerkracht of begeleider die het goed met ze voor heeft. Het zal soms wat moeite kosten, maar je krijgt er uiteindelijk meer voor terug dan je denkt.
Als ik tijdens zo'n kampweek werk met zulke kinderen, zijn er voor mij twee dingen heel belangrijk: ik wil dat de kinderen een goed gevoel over zichzelf hebben en een goed gevoel over het kamp. Daar valt of staat alles mee, vind ik. Het goede gevoel over zichzelf probeer ik te creëren door heel veel positief stimuleren, elke keer weer. Ik gebruik daar altijd een eigen woord voor: "superkanjer" en dat gebruikte ik zo vaak dat het bijna net zozeer een ritueel werd als de regels die golden. Voorbeeld: na elke maaltijd hielpen twee kinderen me mee met de afwas. Na afloop vroeg ik altijd aan ze: "Hebben jullie het goed gedaan?" "Ja!" "Zijn jullie trots op jezelf?" "Ja!" "Dan zijn jullie superrrr....." "......kanjers!" Het was bijna een soort yell, maar het werkte uitstekend.
Wat ik ook gemerkt heb, is dat deze kinderen graag in controle blijven over de situatie. Ze voelen zich fijn als ze exáct weten wat je van ze verwacht, of wat er gaat gebeuren. Maak dus sowieso het dagrooster zichtbaar op het bord, of met dagritmekaarten. Als je een onderdeel van het rooster hebt afgerond, streep dan dat onderdeel door of draai de kaart om. Op die manier weet het kind meteen wat er nu gaat komen. Verder ben ik ervan overtuigd dat ook deze speciale kinderen in staat zijn om zich voor langere tijd te concentreren dan slechts één som, mits ze steeds de volgende stap kunnen overzien. Deel het werk op in kleine stukjes en vertel het kind: "maak nu deze som(men) en als je aan het einde van het rijtje bent, stop je en wacht je tot ik langs kom." Op die manier kun je bijvoorbeeld elke tien minuten even bij hem kijken om hem verder te sturen. Dat is het "korte opdrachtjes" element waar de OBD het over heeft. Als dit kind ook af en toe een onderbreking nodig heeft, hoeft dat niet meteen een rondje door de school te zij, hoor. Je hebt bijvoorbeeld ook van die zachte balletjes waarvan er twee in je handpalm passen. De truc is dan om ze rondjes te laten draaien in je hand. Werkt heel rustgevend én is goed voor de motoriek

.
Nogmaals, ik ben geen expert met dit type kinderen en een kamp is natuurlijk niet hetzelfde als een klaslokaal. Maar mijn ervaring is dat je bij dit soort kinderen niet meteen nu al van alles hoeft te bedenken. Kinderen met ADHD stuiteren heus niet vanaf het eerste moment de hele klas door. Kinderen met een autistische inslag zitten heus niet de hele dag achter een betonnen muur. Leer die jongen eerst kennen, straal zelf continu rust en geduld uit en zorg ervoor dat hij een goed gevoel kan hebben over zichzelf en zijn tijd bij jou in de klas. Als je zo'n kind eenmaal een dagje hebt meegemaakt, zul je weten wat je moet doen.
Succes!
Wees gewoon jezelf. Meer kun je niet zijn.