door Tom op 15 feb 2008, 16:56
Ik moet ook jaarlijks muzieklessen aan groep 8 geven (in het kader van een introductie/meeloopdag). Die leerlingen ken ik dan ook niet. De muziekles kan natuurlijk uit meerdere dingen bestaan: op instrumenten spelen, bewegen op muziek, zingen, etc. Ik gebruikte het nummer "Country Roads", zo oubollig als de pest, maar dat was ook de bedoeling. Eerst vroeg ik wie dat liedje kende. Zitten er altijd wel een paar bij die het kennen. Daarna liep ik even de tekst met ze door, zodat ze tenminste wisten waar ze over aan het zingen waren. Dan ging ik dat liedje met ze zingen en je merkt dat die eerste keer het geluidsniveau nog erg laag is. Ik maakte dan meestal de opmerking dat dat een geluidsniveau is wat ze in het gemiddelde bejaardenhuis erg zouden waarderen, maar dat dit echt niet de bedoeling was. Vervolgens ging ik "Country Roads" in allerlei versies (kennismaken met verschillende muziekstijlen!) spelen en met de kinderen zingen. Ik speelde eerst een Weens walsje, daarna een trance-versie, een reggae-versie, een klassieke versie, een op tilt geslagen polka-versie, een Duitse marstempo-versie (als je een keyboard hebt, heb je mogelijkheden te over) en vervolgens een hardrockversie (ik speelde gitaar). Vervolgens verdeelde ik de klas in twee helften en voegde ik na het refrein steeds "hey hey" toe. De ene helft riep dan "hey", en de andere helft riep dan "hey". En dan wat tegen elkaar op laten zingen. Ik geef toe, het maakt wat herrie, maar de leerlingen vonden het geweldig. Als ik die leerlingen jaren later nog op het voortgezet onderwijs tegenkwam, zeiden ze: "U was die meneer van de muziekles he".
Ook deed ik een bewegingsactiviteit rond het liedje "My Bonny Is Over The Ocean". Laat de leerlingen de woorden uitbeelden. Misschien kun je ze zelf nog suggesties laten bedenken. "My" (armen naar je borst gericht), "Bonny" (maak de omtrek van een knappe vrouw, of misschien wel een voluptueuze dame), is "over" (brede beweging met de armen), "the ocean" (met je vingers op en neer bewegen alsof je een kabbelende oceaan nadoet). Dan herhaal je dat. "My Bonny is over the.. sea" (woeste armbewegingen maken, want de zee is woest en wild). "So bring" (armen naar je borst brengen) "back" (sla op je achterwerk) "my Bonny to" (twee, weten de kinderen veel...) "me" (wijs naar je zelf). Dus elk woord beelden ze uit. Je begint het nummer dan langzaam te zingen met alle bewegingen, maar geleidelijk aan voer je het tempo wat op. En dan maar zien wie de bewegingen kan blijven volhouden in het tempo.
Iets anders dat je kunt doen (en dat wat makkelijker is) is om een liedje te laten horen en de leerlingen te laten bewegen op de muziek. Gekke bewegingen maken of lekker dansen. Dan zet je de muziek stop, en alle leerlingen moeten dan stokstijfstil blijven staan. Dan gaat de muziek weer aan en mogen ze weer bewegen en dansen.
Leraar in het VMBO