Als ik je een tip mag geven:
zoek het niet in een klassikale les. Zet gewoon 4 of 5 aktiviteiten uit die de kinderen in kleine groepjes kunnen gaan doen. Zorg er voor dat ze makkelijk te begrijpen zijn, zodat je niet overal bij nodig bent. Voordeel is dat de leerlingen allemaal bezig zijn en niet lang stil staan. Je kunt de activiteiten allemaal uitzetten in een speelzaal of gymzaal omdat iedere activiteit niet zo veel ruimte vergt.
Voorbeeld:
1. boompje wisselen met hoepels of tegels. 1 Leerling zonder tegeltje die telt van 1, 2, 3! En op 3 moeten alle kinderen ruilen van tegeltje met een ander kind. De leerling zonder tegeltje kan op dat moment een tegel proberen in te pikken. Voordeel van het hardop tellen is dat iedere leerling ook daadwerkelijk probeert te wisselen en de afpakker zonder tegel heeft grotere kans dat het afpakken lukt. Als ze dat spel al goed spelen, kun je het zonder aftellen laten spelen. Ze moeten dan onderling de afspraak maken om te wisselen.
2. boer pas op je kippen! Dit lijkt op vos kom uit je hol, alleen kunnen de kinderen nu proberen een blokje te stelen van de boer. Zet een leerling als hulpje van de boer naast de kast die aan de boer een teken geeft wanneer hij te voorschijn moet komen. Of zorg ervoor dat de boer de lopers in de gaten kan houden
3. Boefje. Dat is een spel met een politie agent die achter een pilon staat met daarop een pittenzakje. De boef staat een paar meter verderop op een matje of in een hoepel. De boef loopt stiekum naar de pilon en rooft op een gegeven moment het pittenzakje. Zodra hij het pittenzakje heeft gepakt, mag de politie hem proberen te tikken voordat hij terug is op de mat/in de hoepel. Als het tikken lukt, krijgt de politie het zakje, als het niet lukt, houdt de boef het zakje. Na drie keer wisselen. Eventueel met wachter spelen. Je kunt meerdere van deze situaties neerzetten.
4. koprol schuin verhoogd vlak (banken aan de eerste of tweede sport van het wandrek hangen met daarop een matras of matje(s). Laat ze konijntje spelen (achterpootjes iets uit elkaar, voorpootjes op de mat vlakbij of zelfs op de achterpootjes en kijk maar naar je staartje. Hoeps daar rol je om). Eventueel hetzelfde op een horizontaal vlak (dat is moeilijker). Het is handig als je zelf hier eerst gaat hulpverlenen en na een paar minuten kunnen ze het zelf wel.
5. ballon hooghouden met een beachbalplankje of met je hand. Eventueel ook met tweetallen om de beurt
Succes met je les!