Volgens mij, als ze uitvallen bij M3, moeten ze eind van het jaar nogmaals M3 maken. Om te zien of er verbetering is.
Tenminste, bij de nieuwe cito woordenschat.
Ik heb de schakelklas groep 3 en doe dus héél veel aan woordenschat.
Ik werk vanuit een thema en bied elke dag (vooraf geselecteerde woorden) aan. Dit zijn er meestal 5 á 6. Dit kunnen ze behappen, bij meer haken ze, bij mij, nog af. Ik bied dit volledig aan via de viertakt en de drie uitjes.
Die 5 Ã 6 woorden zijn een klein netwerkje (bv. de fiets-het stuur-het zadel-de spaak-de bel etc.). De dag erna doe je weer een klein netwerk en breidt je de netwerken uit. Je doet dus aan netwerkopbouw.
Ik zet altijd de woorden bij de platen en ze kunnen echt al veel lezen hoor! Ik bespreek na het voorbewerken altijd eerst de plaat, en laat inmiddels de woorden niet meer zien! In het begin kon ik ze gewoon laten liggen.. Maar voor de vakantie werd dus ook het woord "de conducteur" gewoon gelezen..
De moeilijke woorden hangen we er daarna samen bij.
Ik speel vervolgens heel veel consolideerspelletjes (vinden ze geweldig!), maar ze spelen het ook gewoon nog uit in hoeken en bij de verteltafel.
Alle platen van een thema komen op het prikbord. Bij een thema is het dus een hele verzameling! Door te blijven consolideren herhaal je ze allemaal. Hierbij komen er meerdere platen aan bod; de parachute, 'gewone' woordweb en de trap.
Ik heb ook een tegenstellingen kast, waar ik elke week probeer nieuwe tegenstellingen centraal te zetten..
Ik hoop dat het duidelijk is, anders vraag je maar raak
!
Even nog een toevoeging; zomaar alle moeilijke woorden gaan leren en herhalen zal niet zo heel veel effect hebben. Ze kunnen het niet in een netwerk plaatsen. Het zijn dan allemaal 'losse'. Zie het zo:
Als je het b.v. het woordje 'de schep' leert, leer woorden daarom heen, die plaatsen ze in hun netwerk. En dan krijgen ze door.. He een
schep, dan kan je dus 'scheppen'/graven in modder, maar ook in zand etc. En als je schept, kan je een
emmer gebruiken.. Misschien wil het zand ook nog
zeven in de
zeef. Zo behoren de woorden binnen het netwerk van schep en zo bereiden ze hun netwerk uit.
Als je losse woorden gaat doen, schep/fiets/wolk etc., zit er geen lijn in. De context is zoek. Ze leren het misschien wel, maar hebben dat netwerk nodig. Hoe meer netwerkjes ze na een heleboel woorden hebben, hoe makkelijker ze woorden kunnen plaatsen en weer aan andere woorden kunnen 'ophangen'.
Moeilijke woorden die we tegenkomen, behandel ik wel, maar anders. Woorden die niet bij het thema horen, gaan in het eigen moeilijke woordenboek. Daar schrijf ik het woord in en er komt een plaatje bij.
Goed, ik vind het nu zelf een warrig verhaal, haha. Ik hoop dat je het snapt.