door ouder op 07 apr 2011, 23:29
SLO heeft en leermiddelenlijst hoogbegaafden. Daarin is heel veel materiaal verzameld.
Bedenk alleen wel 4 dingen:
1. Een hoogbegaafde heeft ander materiaal nodig dan een gewone goede VWO leerling. Plusklassen worden gevuld met VWO leerlingen die niet hoogbegaafd zijn. Het merendeel van het materiaal is ontwikkeld in plusklassen en dus geschikt voor meerbegaafden, niet voor hoogbegaafden. Het gevaar is dat dit materiaal voor een echte hoogbegaafde een schijnoplossing wordt: nog altijd niet moeilijk of interessant genoeg, maar geen grond meer om ontevreden te zijn, want je krijgt nu toch iets anders? 10% Van het materiaal is geschikt voor hoogbegaafden. In de lijst zou worden aangegeven welk materiaal dat is, of dat nu gedaan is heb ik niet gecheckt.
2. Het merendeel van het materiaal is klein in die zin dat het een paar lessen, een paar weken beslaat. Leuk, maar niet voldoende om een heel jaar mee te vullen.Echte hoogbegaafden kunnen wat een slimme volwassene kan en willen dat graag uitproberen en laten zien. Daarom geeft Leonardo onderwijs deze leerlingen bijvoorbeeld programmeren met VMBO methoden en een echt AMBI modules examen aan het eind.
3. Vraag je af wat zinvol is: vooruitlopen op andere leerlingen levert later een probleem op. Daarom liever niet engels, of spaans, of wiskunde. Maar wel chinees, arabisch, programmeren, sterrenkunde. Er zijn zelfwerkzame methoden. Wel feeling houden, aandacht geven en motivatie bieden. Versnellen of verrijken? Beide. SLO heeft compacteringsinstructies voor alle basisschoolmethoden, die je gratis kunt downloaden. Daarin is aangegeven welke opgaven kinderen niet hoeven te maken. Dat levert tijdwinst op. Die tijd kun je vullen met extra werk. De verrijkingsmaterialen moet je kritisch bekijken. Is het echt nieuwe informatie of alleen extra werk? Dat doorziet een hoogbegaafde snel als beziggehouden worden. Je kunt wel op maat voor een leerling extra opdrachten bedenken: schrijf een toneelstuk voor de kleuters. Zoek voor vrijdag uit hoe dolfijnen met elkaar praten en presenteer dat aan de klas. Maak een werkstuk, net als de anderen, maar jij doet daar een marktonderzoek bij.
4. De aanpak: in een aparte school of klas (Leonardo, plusklas) of in de eigen klas, vooruitlopen of bij de groep blijven? Het kan in de eigen klas: met een weektaak. Het kind krijgt op maandag een schema met alle gecompacteerde taken van de groep + extra werk. Komt na iedere taak bij docent, die afvinkt en het volgende geeft. Daarmee houdt docent goed feeling met wat de leerling aankan, leuk vindt, snel doet, uitstelt. En aandacht is geregeld. Inhoudelijk doet de leerling het werk zelfstandig. Doet wel in alle andere dingen met de klas mee, hoort erbij. Dit model werkt prima als er adaptief onderwijs gegeven wordt in de groep, als het normaal is dat verschillende kinderen eigen taken hebben en niveauverschillen in de klas geaccepteerd zijn, liefst voor ieder vak apart ingerecith. Want je kunt goed zijn in taal, maar niet zo in rekenen, etc (meer herhaling, extra oefenstof, extra werk, instructiegroepje)
Succes!Op deze manier kun je extra werk op maat ssnijden voor elke leerling die dat nodig heeft. Zonder dat het bedenken en begeleiden onmogelijk veel werk kost.