door Sylvia op 02 nov 2010, 23:37
De methode Pluspunt is opgebouwd uit blokken van 15 lessen. Elk blok begint met een leerkrachtgebonden les (gele boek). In zo'n les worden kinderen bij de les betrokken door door te vragen op een bepaalde oplossing, kinderen te laten argumenteren, ideeën uit te laten wisselen, ze na te laten denken over hun eigen handelen. Hier wordt dus veel gepraat, maar niet zozeer door de leerkracht die heeft vooral een sturende rol.
Elk blok bevat 6 leerkrachtgebonden lessen en 9 zelfstandig werklessen. Deze zelfstandig werklessen maken de kinderen in het werkboek (groep 3) of in het schrift met het blauwe boek.
Na de toets (les 12 en weer een ander werkboekje) zijn les 13,14 en 15 remediërende lessen. Voor de leerlingen die dat niet nodig hebben is er het rode (plus) boek.
Groep 3 werkt met het gele boek (lkg), het groene (zw) werkboekje, het oranje toetswerkboekje en het rode pluswerkboekje.
De hogere groepen hebben het gele boek (lkg), het blauwe boek (zw) en het rode boek (plusboek), een toetswerkboekje en natuurlijk schriften die horen bij het gele, blauwe en rode boek.
Volgens mij was dit het zo. Voor het remediërend werk zijn er kopieerbladen.
De leerkrachtgebonden lessen beginnen met een startopdracht die de leerlingen zelf maken, zo kun je alvast instructie geven aan een evt. combinatiegroep.
Niet krijgen wat je wilt, is soms het beste wat je kan overkomen (Dalai Lama)