feest (het ~, ~en)
1 samenzijn om een heuglijk feit te vieren => party
2 viering van een gedenkdag
Viering
Op Jenaplanscholen vormen de kinderen en de leerkrachten met elkaar een gemeenschap. Vieringen zijn een wezenlijk onderdeel in een gemeenschap. Bij een viering komen alle kinderen en leerkrachten van de school bij elkaar in de gemeenschapsruimte van de school. Het programma kan bestaan uit toneel, dans, muziek, poëzie, of poppenkast. Ook ouders zijn hierbij van harte uitgenodigd.