Was ik maar kind
Stel je even het volgende voor. Een groepje volwassenen zit in een huiskamer bijeen vanwege een verjaardag van één van de familieleden. Dan komen daar een trotse vader en moeder met hun jongste telg van 1 jaar binnen. Open je oren en ogen en je ziet een hele andere wereld aan je voorbij trekken. In een fractie van een seconde verdampt het wereldnieuws.
"Oh kijk daar is de kleine, wat is tie gegroeid."
"Wat lijkt tie op z'n moeder zeg, nou zie ik het pas."
"Zo kerel kom jij maar eens even bij ome Nigel..."
"Wat kan jij lachen zeg.....ha, ha."
"Kan die al lopen, wat goed zeg die van mij waren veel later."
Door de komst van de kleine telg zijn de internationale actualiteiten zoals 'het weer', 'de vakantie' en 'de auto' op een ver zijspoor gezet en zijn alle ogen gericht op de kleine guit, die ondertussen niets vermoedend van wat hem te wachten staat, vrolijk de kamer in waggelt. De vertrouwde stemmen slaan plotseling over, kleine bewegingen worden groot en je hoort hoge lokkende pieptoontjes uit de kelen van de volwassenen komen om de aandacht van de kleine guit te trekken. Het feest om de ultieme aandacht kan beginnen.
Voordat de kleine het doorheeft, zweeft hij al door de lucht. Opa 2 laat hem even het luchtruim zien door hem met twee handen vast te pakken en hem ver boven zijn hoofd te tillen. De kleine ziet de kamer plotseling vanuit een heel ander perspectief. Wie zijn toch die mensjes daar beneden? Wat gebeurt hier eigenlijk? Boink, oei dat was de lamp. Iemand begint hiep, hiep hoera te zingen. Bijna automatisch gooit de kleine zijn handen in de lucht. Moet je ze zien lachen. Bijna iedereen doet hem na. Who's next?
Maar wat is dat? Ik zie alleen maar wit voor me. Oom 3 heeft de kleine overgenomen en hij ligt nu languit op zijn schoot. Zijn ogen zijn gericht op het plafond. Waar is iedereen? Waar is mama? Waar is papa? Zijn knuisten trekken hard aan twee kolossale vingers. "Zo hé, jij bent sterk zeg!" Net als hij denkt weer in een verticale positie te staan, zakt de kleine met zijn voeten op de grond. Oom 3 heeft bij wijze van proef zijn benen even wijd gedaan zodat de kleine er heerlijk doorheen zakt: VERRASSING!! Zijn ogen bevinden zich nu op kniehoogte van oompje 2, die nu alle aandacht opeist door een rammelaar voor zijn ogen heen en weer te bewegen.
Net als hij het speeltje met z'n knuist pakt, zweeft er één of andere gevulde lepel van tante 2 voorbij. Dat ruikt lekker... "Hap, hap, doe je mond maar open....ik heb lekkere taart...mmmm."
Nog herkauwend op enkele hapjes voelt de kleine zich zwevend door de lucht naar het volgende familielid gaan. De één slooft zich nog meer uit dan de ander. Als tie maar lacht dan is het goed.
Als de kleine vervolgens enkele brabbelgeluidjes bij oom 2 maakt is de groep niet meer te houden en sommigen gaan op het puntje van hun stoel zitten. Iedereen lacht. De één na de ander kraait, piept, lacht, trekt gekke bekken en zoekt verbaal contact om nog meer plezier bij de kleine uit te lokken.
Tijdens dit vertier probeert het kind spartelend onder de greep van tante 1 uit te komen en zoekt hij met z'n ogen naar zijn moeder. Nog enkele stapjes... Daar is het vertrouwd en rustig. En net als hij met één hand naar mama reikt, wordt hij hoog opgetild. Oma 1 gaat weg dus moet er even gezoend, geknuffeld en dag gezegd worden. "Dag hoor lieverd". Zijn ogen hebben niet eens de tijd om te accommoderen....PLONK daar staat hij weer met twee benen op de grond. Van schrik zakt hij in de zithouding. Ho, ho dat kan niet hoor, opa 1 is er ook nog en die wil ook nog even gedag zeggen........
"Bleh, bleh, blah"........"Kijk nou, is tie moe, moet tie naar bedje toe?" "Zou hij dorst hebben?" "Weet je wat, we pakken de fles erbij. Ja het is alweer de hoogste tijd voor je melk." PLOP P P P speen erin en zuigen maar......Wie is toch die man met die bril die mij de fles geeft?
Oh wat is het toch heerlijk om kind te zijn. Iedereen bekommert zich om mij. Iedereen heeft het beste voor, ik leer zelfs vliegen. Ik hoef zelf niets te bedenken, ze doen alles voor me en iedereen lacht om me en ik mag bij iedereen op schoot zitten. Of ik nu lach, waggel, brabbel of ruik, alles is goed.
Nou nee, als ik ruik niet altijd. Sommigen strekken plotseling hun armen en houden je op afstand en geven je snel door of knijpen hun neus dicht. Dan weet je wel hoe laat het is.
Na anderhalf uur verlaten papa, mama en de kleine telg moe maar voldaan de groep. Nog even wordt er gevlogen en dan is het echt tijd om te gaan. Op weg naar huis valt de kleine in slaap. Zijn hoofd hangt tegen de brede schouder van mama. Papa geniet stilletjes. De groep zet haar internationale discussie over het weer, de vakantie en de auto voort, alsof er niets gebeurd is. Was ik maar kind.
Erik van der Pol.